Schade lijden op de werkvloer. Werkgever aansprakelijk?

Werkneemster is interieurverzorgster bij een keten van meubelwinkels. Haar werkzaamheden bestaan voornamelijk uit het schoonmaken van de winkels. Er staan geen ergonomische hulpmiddelen (zoals een wringer om de dweil uit te wringen) ter beschikking. Buiten werktijd overkomt haar een verkeersongeval, waarna zij zich met onder meer polsklachten ziek meldt. Na meerdere polsoperaties en revalidatie, stelt zij haar werkgever aansprakelijk voor haar schade.

Als een werknemer weet aan te tonen dat hij is blootgesteld aan omstandigheden op de werkvloer die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid én de werknemer daadwerkelijk deze schade heeft opgelopen, dan wordt volgens de wet in beginsel aangenomen dat de schade is ontstaan door de blootstelling op de werkvloer. Dit oorzakelijk verband is gewoonlijk moeilijk aan te tonen; de wetgever is de werknemer hiermee dus tegemoet gekomen. Het is vervolgens aan de werkgever om te bewijzen dat hij alle maatregelen heeft getroffen die redelijkerwijs nodig zijn om de schade te voorkomen (de zorgplicht). Anders is de werkgever aansprakelijk voor de schade.

In deze casus stelde werkneemster dat zij dag in dag uit, jaar in jaar uit, dezelfde schroefbeweging (het wringen van de dweil) heeft moeten maken en haar pols niet kon ontzien bij de werkzaamheden. Werkgever zegt echter dat de werkzaamheden zeer afwisselend waren. Uit de medische rapporten blijkt niet eenduidig dat de schade aan de pols van de werkneemster was veroorzaakt door haar werkzaamheden.

De kantonrechter oordeelt dat de werkgever niet aansprakelijk is en wijst de vordering tot betaling van de schade af, omdat de aard van het letsel en de werkzaamheden geen verband doen vermoeden.

Kantonrechter Utrecht 20-9-2017, ECLI:NL:RBMNE:2017:469

Unger Van Els Advocaten