Nieuwe vennoot aansprakelijk voor oude schulden vof?

De heer X is op 19 oktober 2011 toegetreden tot een vennootschap onder firma Adviesgroep De Regge, een assurantietussenpersoon. Die vof heeft in 2006 en 2010 bedragen van eiser van € 20.000 en € 15.000 ontvangen welke De Regge aan verzekeraars zou doorbetalen. De Regge, destijds met 2 vennoten Y en Z, heeft die bedragen echter niet doorgestort.

De vof Adviesgroep De Regge is op 10 augustus 2012 uitgeschreven uit het handelsregister en voorgezet als eenmanszaak van Y. Eiser dagvaart in 2013 de voormalige vennoten X, Y en Z. en verlangt dat ieder hoofdelijk wordt veroordeeld tot betaling van € 35.000 met rente en kosten. Ten tijde van het vonnis zijn Y en Z failliet. De procedure tegen hen wordt geschorst. De procedure tegen de “nieuwe” vennoot X wordt voortgezet. X verweert zich met de stelling i) dat hij nooit iets met de betalingen te maken heeft gehad en ii) dat de schuld is ontstaan voordat hij vennoot werd.

De rechtbank Overijssel (ECLI:NL:RBOVE:2014:1056) overweegt eerst dat niet relevant is of vennoot X iets met de uitvoering van de opdracht van eiser te maken heeft gehad. Omdat de schuld is ontstaan in 2006 respectievelijk 2010 en X pas in 2011 vennoot werd, de opdracht van eiser door de vof is aanvaard voor de toetreding van X, is X niet aansprakelijk.

Commentaar mr E. Bakhuis

Over deze problematiek is wisselende rechtspraak. Artikel 18 van het Wetboek van Koophandel bepaalt dat vennoten in een vof hoofdelijk verbonden zijn voor de schulden van een vof. De contractspartij van een vof kan dus zowel bij de vof als bij de vennoten aankloppen. Om met succes de vordering te (kunnen) incasseren zal de eisende partij dus alle vennoten moeten aanspreken met als toevoeging “des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd”. Een wetsvoorstel dat inmiddels is ingetrokken bepaalde dat een nieuwe vennoot slechts aansprakelijk is voor verbintenissen die zijn ontstaan na zijn toetreden. De Rechtbank Overijssel leidt evenwel uit een recent arrest van de Hoge Raad af dat voor persoonlijke aansprakelijkheid voldoende is i) dat na toetreding van de vennoot een deel van de schuld is ontstaan of ii) dat na toetreding van de vennoot de opdracht is aanvaard. Dat is hier niet het geval en dus wordt de vordering afgewezen.

mr. E. Bakhuis